En in Cambuur alleen nog Leeuwarders
Bij het Olympisch pingpongen versloeg Liu Jia (Oostenrijk) Lie Jiao (Nederland). Pijnlijk: ons natte laaglandje aan de tennistafel verslagen door dat sneeuwrijke bergland. Gelukkig is dit onzin. China won van China.
Door Wiebe PennewaardJe kunt er vrede mee hebben dat in het dagelijks leven allerlei sporters uit allerlei landen in allerlei nationale en internationale competities uitkomen. Ze zijn gecontracteerd en hebben een verhuisbedrijf gebeld. Het blijven wel Argentijnse golfers, toevallig in Engeland, Ethiopische hardloopsters, toevallig in Nederland, Nederlandse voetballers, toevallig in Kazachstan. Toch is het een gekunstelde constructie. Zelfs als ze de nationaliteit verwerven van het land waar ze door een geslaagde overstap verblijven.
Van de Olympische Spelen zouden deze huurlingen moeten worden buitengesloten. Het was bespottelijk geweest, had Lie Jiao in Rio goud gewonnen, te roepen dat Nederland een fantastisch tafeltennisland is. De enige Nederlandse prestatie is de geslaagde import, twaalf jaar geleden, van een Chinese pingpongster. Dit heeft helemaal niks te maken met sportieve prestaties in dit laagland. Idem voor Oostenrijk. Liu Jia kwam op haar veertiende uit China, omdat ze te weinig talent had voor de Chinese top. Ook Oostenrijk is hiermee geen tafeltennisparadijs.
Alleen met sporters die er zijn geboren
Was ik de baas van het Olympisch Comité, dan werd onmiddellijk na Rio het huishoudelijk reglement aangepast. Landen mogen alleen nog sporters laten deelnemen die in de betreffende landen zijn geboren. De gelukkigen mogen best hun dagelijks brood overal ter wereld verdienen. Maar voor de Spelen telt slechts hun geboorteplaats. Een landenteam is dan weer echt een team van dat land, en geen samenraapseltje van allerlei aangekochte nationaliteiten.
En dus zal Nederland vooral medaillekansen hebben bij het schaatsen, zwemmen, zeilen, surfen, fietsen en bij een enkele losse uitschieter als hardloopster Dafne Schippers. Niks hebben we meer in te brengen bij het tafeltennis of marathonlopen. Omgekeerd hebben andere landen weinig meer te vertellen in sporten waarvoor ze ooit buitenlanders hebben genationaliseerd. Dus nooit kan Haïti nog goud winnen bij het skispringen, of Mongolië wegkomen met brons op beachvolleybal, om eens te noemen wat nu wel mogelijk is.
Zet de passer op het Cambuurplein
Omdat ik na de Spelen wegens bewezen kwaliteiten onmiddellijk wordt gevraagd als directeur van de KNVB, dagdroom ik even door. In Nederlandse voetbalclubs mogen alleen nog mannen spelen die zijn geboren binnen een vastgestelde straal rond hun stadion. Zet de naald van de passer op het Cambuurplein in Leeuwarden en trek een cirkel. Doe hetzelfde rond het Abe Lenstrastadion in Heerenveen. De omvang van de cirkels wordt bepaald door waar zij elkaar raken bij een gelijke middellijn: ergens tussen Grou en Akkrum.
Zulke cirkels worden getrokken rond elke voetbalclub op gelijk niveau, elke keer tot ze die van een concurrent raken. Dit beperkt wel enorm de vijver waarin kan worden gevist. Levert het hierdoor een heel matige hier geboren selectie op: helaas, pindakaas. Dan is Leeuwarden en omgeving gewoon geen gezegend voetbalgebied. Of Heerenveen, natuurlijk. Of juist wel, dat kan ook. Waarna ik het als inmiddels tevens FIFA-baas internationaal even regel. Zijn we meteen af van dat idiote transfergedoe. Wat u zegt – briljant.
Voor Lie Jiao vond ik het heus wel sneu. Maar omdat in mijn hoofd China van China won, hoefde ik niet te huilen, bij de televisie.
Laatst gewijzigd op 12-08-2016 om 20:03 uur