Gewaagde kritiek op de euro
Jarenlang werd iedereen met kritiek op de invoering van de euro en vooral de wijze waarop weggezet als populist. Een econoom als Arjo Klamer werd amper meer serieus genomen na zijn kritiek op die invoering. Ook nu zijn gelijk is gebleken is zijn positie nog steeds die van de nar.
Door Nico HylkemaTot nu toe was het vooral de PVV die vanuit de politiek de euro in een kwaad daglicht stelde. Weliswaar op veelal volstrekt verwerpelijke gronden – geen geld naar de Grieken en we willen de gulden terug - waarmee kritiek op het muntunieproject in een fout kamp werd getrokken. Maar tijden veranderen, want maandag was daar ineens het televisieprogramma Radar met een soort europolitiek voor dummies.
Nooit eerder heeft de publieke omroep een dergelijk kritisch programma durven vertonen. Maar helder is het wel. Zoals de rare veronderstellingen waarmee de euro is ingevoerd, inclusief deelnemende landen waarvan het zo klaar als een klontje was, dat ze niet aan de voorwaarden konden voldoen. Dit op aandringen van Frankrijk, dat hiermee niet de kans liep tot slechtste leerling van de klas te vervallen.
Ook helder werd wat de gevolgen zijn geweest, die uiteindelijk leidden tot de eurocrisis na de bancaire crisis van 2008. Banken uit de noordelijke landen leenden naar lieve lust aan de zuidelijke landen, met de stiekeme gedachte dat de Europese Commissie hen wel zou helpen, als het misging. Toen het misging bleek hun gelijk, want hun private schuld werd om erger te voorkomen handig omgezet in een publieke schuld waarvoor de belastingbetaler moest opdraaien.
Dat Griekenland de kluit met hulp van bank Goldman Sachs heeft belazerd om in de euro te komen was bekend bij de invoering van de euro. Maar de gedachte was dat al die zuidelijke brekebenen vanzelf net zo zouden gaan bankieren en produceren als de noordelijke landen. Bovendien als die landen goedkoop konden lenen, zouden ze al die bulkproducten uit de noordelijke landen kunnen kopen. Een exportland als Nederland profiteerde hier op grote schaal van.
En tegen zo’n exportland konden die zuidelijke landen niet op. Hier werden de lonen al sinds de val van de Muur laag gehouden. Daarmee was het voor een hoog ontwikkeld land als Nederland mogelijk in plaats van high tech-producten te maken en de werknemers goed te betalen, zich toe te leggen op bulkproducten - in Spaanse supermarkten liggen Nederlandse komkommers! - tegen lage prijzen dankzij de loonmatiging.
Haarfijn leggen kritische economen in Radar uit, dat het verstandiger zou zijn om de lonen hier waar het kan – vooral bij grote ondernemingen - te verhogen. Dan zou het bestedingsvermogen van de Nederlanders toenemen en de nationale consumptie waar vooral het MKB van profiteert – de grote banenmotor van Nederland – zou groeien. Die nationale consumptie is nog altijd goed voor 70 procent van de economie. Maar ja, krijg zo iets maar eens door de politiek waar de exportgerichte ondernemingen met het VNO een stevige vinger in de pap hebben.
Bovendien als onze producten door hogere lonen ietsje duurder worden, krijgen de zuidelijke landen de kans om naar het noorden te exporteren in plaats van alleen maar andersom. Want werken willen ze daar wel. Hun problemen zijn vooral veroorzaakt door noordelijke banken, corrupte ondernemers en even corrupte politici. Niks luie Grieken, of luie Spanjaarden, zoals onze politici zo graag mogen roepen. Over framing gesproken. Tot nu toe hebben we met de miljarden voor Griekenland vooral onze eigen banken gered ten koste van massieve ellende voor de Griekse bevolking.
De conclusie van Radar is nog niet erg positief voor de euro. We zitten op het niveau van voor de invoering van de munt. Slechts even groeide de economie hier, waarbij de vraag gerechtvaardigd is of dat aan de euro te danken was. Om met Ewald Engelen in de Leeuwarder Courant ruim anderhalf jaar terug te spreken: ,,We zijn door de aanpak van de muntunie alleen maar armer geworden. Het is een grote klerezooi.’’ Zouden er nog politici naar Radar kijken? In het verleden had het programma soms behoorlijk invloed, waarvan de leegstaande slachterij Brada in Leeuwarden nog immer getuigt. Maar tot zover verdient het programma voor dit project een welgemeend applaus.
Laatst gewijzigd op 27-05-2015 om 00:07 uur