Friese krimp en veel meer alleenstaanden

Dorpen lopen leeg. De prognoses tot 2030 zijn voor de Friese gemeenten weinig rooskleurig. Alleen Leeuwarden en Heerenveen zijn de lichtpunten op de kaart.

Door De Redactie

Het is de grote trek naar de steden die zich blijvend manifesteert. Vooral de Randstad profiteert ervan. Dat bijna 1 miljoen inwoners extra voor Nederland komen vooral in de vier grote steden. In Fryslân zijn het Leeuwarden en Heerenveen die mensen aantrekken. Het effect is nu al te zien:  daar worden vooral nieuwe huizen gebouwd. In de toekomstscenario’s zijn er voor deze gemeenten gunstige groeicijfers. 

De grote zorg zit op het platteland. Daar gaat de krimp door, zowel door ontgroening als vergrijzing. Het inwonertal van de plattelandsgemeenten zal verder dalen, blijkt uit de regionale bevolkings- en huishoudensprognose van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) en het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). De sterkste krimp is te zien in het Noorden.

Het provinciebestuur van Fryslân zelf verwacht tot 2025 nog met een kleine 7000 personen te groeien tot een totaal van 654.000 inwoners, maar daarna is het aftellen geblazen. In 2040 hoopt de provincie er nog 641.000 te kunnen registreren.

Vergrijzing

In volle ernst is in de plattelandsgemeenten de vergrijzing merkbaar. Waren er in het jaar 2000 nog amper verschillen tussen steden en platteland, nu is de vergrijzing bovengemiddeld in de dorpen. Dit gaat ook nog eens versneld door. In 2030 is een kwart van de bevolking op het platteland 65-plus, in de grote steden is dit 15 procent.

Het aantal 65-plussers in Fryslân zal tot 2040 met zo’n 70 procent groeien tot meer dan 180.000 mensen. De groep 50 tot 65 jarigen zal fors afnemen. Alle jongere leeftijdsgroepen worden tot 2040 ook fors kleiner. Het is de vergrijzing en ontgroening in volle hevigheid. Het betekent ook dat de omvang van de beroepsbevolking tussen tot 2030 afneemt van circa 300.000 tot 279.000 (-7 procent).  

Groei in grotere gemeenten 

Van de verwachte groei van de Nederlandse bevolking zal bijna driekwart plaatsvinden in de grotere gemeenten. De grootste groei wordt verwacht voor de vier grote steden, die in 2030 gemiddeld 15 procent meer inwoners dan in 2015 zullen tellen. Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht, zijn samen goed voor een derde van de Nederlandse bevolkingsgroei tot 2030.

Vooral de kleinere gemeenten verliezen inwoners. Een op de vijf kleinere gemeenten verliezen in de periode tot 2030 inwoners. Noordoost-Fryslân is door het rijk al aangewezen als krimpregio. Harde klappen vallen ook in Noordoost-Groningen, Drenthe, de Achterhoek, Limburg en Zeeuws-Vlaanderen. In de Friese provincie staat er op termijn ook een minnetje bij Súdwest-Fryslân, Noordwest-Fryslân en gemeenten als Opsterland en Ooststellingwerf.

Alleenstaand

Opvallend in de cijfers is de sterke toename van het aantal alleenstaanden. Een halve eeuw geleden ging het om 17 procent, in 2015 is het percentage meer dan verdubbeld naar 37. Een stad als Groningen kan het verklaren door het hoge aantal studenten, die overigens na hun studie veelal naar de Randstad verkassen. Op het platteland is er een direct verband met de vergrijzing. Er zijn meer mensen die na het overlijden van hun partner alleenstaand achterblijven.

De provincie Fryslân houdt rekening met een toename van ruim 20.000 huishoudens tot een maximum van rond de 300.000. Deze stijging is vrijwel geheel toe te rekenen aan de 65-plussers. De senioren zijn goed voor ruim een derde van het totaal aantal Friese huishoudens.